Afrika’s industrialisatie - Tijd voor drastische klimaatactie

EU-overheden moeten enkel reclame maken voor het “andere” Afrika, meer niet!

Hoogdringende, drastische klimaatactie catalyseert Afrika's moderne industrialisatie en legt Poetin het zwijgen op

De vooringenomen perceptie

De vooringenomen perceptie van het miserabele, corrupte, ongeschoolde, onstabiele Afrika, niet klaar voor een geavanceerde, formele, arbeidsintensieve maakindustrialisatie zit zeer, zeer diep ingeworteld in ons algemeen EU-onderbewustzijn. Er is inderdaad nog veel miserie en ongelijkheid in Afrika, maar er is ook dat “andere” Afrika van de 15-20 Sub-Sahara landen met behoorlijk stabiele instellingen, met een opgeleide middenklasse, ontsloten industrieterreinen en een overvloed aan hernieuwbare energieën. Zelfs in de meest labiele landen in Afrika heb je een hoger opgeleide middenklasse, een financiële bovenlaag en massa’s renewables. Bij gebrek echter aan de geavanceerde industrialisatie van Afrika hebben vier duizend miljard euro voor “hulp & adviezen” over de voorbije 60 jaar enkel de asymmetrie in welvaart tussen de geïndustrialiseerde wereld en Afrika nog vergroot.

Bij frequente bezoeken in Afrika, over de voorbije 15 jaar, aan ingenieurs- en economiefaculteiten en de vele mechanische-, voeding- en ICT-workshops  werd vastgesteld dat die zelden of nooit door zogenaamde West-Europese kenners van zwart-Afrika gefrequenteerd werden. Te vrezen is dat weinigen ook kennis maakten met ondernemingsfederaties, vakbonden, laatstejaars secundair onderwijs en hun leerkrachten, ouderverenigingen en met openbare instellingen voor economische groei en industrialisatie. Niemand – in België - heeft ooit in Afrika opgeleide ingenieurs begeleid tijdens een jaar betaalde prestaties en onderdompeling in de praktijk van onze hyper competitieve Belgische ondernemingen (Reynaers Aluminium, Willemen,  Siemens Industrial Automation, Besix, Denys waterbouwkunde, TVH, Hommes & Terre, …). 

Westerse ontwikkelingswerkers zijn maandenlang actief met sociale programma's in afgelegen plattelandsgebieden in Afrika, maar wisselen ze wel eens ervaringen uit met stakeholders buiten hun echokamer van gelijkgestemde collega's?

 

Een beperkt aantal EU-topdiplomaten in Sub-Sahara Afrika kennen de waarde van Afrikaanse faculteiten voor polytechnische en economische wetenschappen.  Ze onderhouden vooral relaties met de faculteiten sociale wetenschappen en staan op de eerste rij bij het overhandigen van EU-belastinggeld voor twee uitersten van ontwikkelingsprogramma's: microkredieten voor vrouwelijke nano-ondernemers en de aanleg van parken met zonnepanelen.

 

Een Belgisch overheidsagentschap voor de promotie van buitenlandse industriële investeringen is onbestaande. De agentschappen FIT, AWEX en Hub Brussels doen enkel aan exportpromotie en organiseren handelszendingen, nooit promoten zij investeringskansen in Afrika. Het federaal agentschap buitenlandse handel documenteert enkel Belgische exportcijfers. Gevolg: bij gebrek aan koopkracht bij een brede middenklasse, blijft de Belgische export naar Afrika – 1,5 miljard inwoners - al jaren hangen rond een teleurstellende 3,5 procent van de totale export; de DRC een schamele 0,04 procent.

 

 

Duizenden do-gooders

Honderden ontwikkelingsprofessionelen hebben nooit kennis gemaakt met de duizenden lokaal hoog opgeleide jongeren die klaar staan om Afrika de club van de moderne, geïndustrialiseerde samenleving te laten vervoegen. Met de beste bedoelingen ronselen duizenden do-good vrijwilligers donaties voor Afrika, ook oud-kaderleden van gekende ondernemingen. Zij bestendigen het stigmatiserend beeld dat Afrika niet klaar zou zijn voor een modern, geïndustrialiseerd maatschappijmodel, conditio sine  qua non voor de realisatie van mensenrechten, onderwijs, gezondheids- en sociale voorzorg voor iedereen.

KMO-partnerschappen

Het alternatief: de intense promotie van massale partnerschappen tussen maakindustriële kmo’s! Value chain partnerschappen tussen gevestigde, ervaren kmo’s met een bestaand klantenbestand, die buiten alle corruptie om, zakendoen en samen nieuwe producten en diensten ontwerpen en introduceren op de belangrijkste open markt ter wereld die er in aanbouw is.

De EU-kmo brengt moderne maakindustriële kennis en technologie in. De Afrikaanse partner markt- en administratieve kennis.  Zo’n win-win partnerschap vereist weinig extra investeringen. Het ligt voor de hand dat de 15 “stabiele” landen met bestaande infrastructuren de eerste bevoordeligden zullen zijn. Maar ook die laten Europese ondernemers links liggen, in tegenstelling tot hun Chinese concurrenten.

Budgetvriendelijke whole-of-society bewustmaking

De verwachting is dat enkel en alleen al een budgetvriendelijke whole-of-society bewustmaking van het “andere” Afrika, gestuurd door de overheid met medewerking van de ondernemings- en academische wereld en niet-gouvernementele organisaties, Europese maakindustriële ondernemers goesting zal doen krijgen om partnerschappen te zoeken met Afrikaanse sectorgenoten, om te beginnen zeker in de 15 Sub-Sahara landen met behoorlijk stabiele instellingen. In een eerste fase doen zij beroep op hun Afrikaanse partner als verkoops-, installatie- en onderhoudsantenne. In een latere fase ontwikkelen zij samen een innoverend product, gebaseerd op de meest recente technologieën maar aangepast aan de noden van de African Continental Free Trade Area - AfCFTA, de grootste vrijhandelsmarkt ter wereld in wording, met in 2040 één vierde van de totale wereldbevolking, én gefabriceerd in Afrika. De kans is reëel dat dit innoverend product – made in Africa – zelfs zijn weg vindt naar alle continenten

Al doende leren - Kritische massa - Serendipiteit - D4D

Complex hedendaags ondernemerschap wordt verworven on the job, in de praktijk van waardeketens tussen "gevestigde" bedrijven, niet aan de universiteit, niet in incubatoren voor starters of door tijdelijke ondersteuning van experts.

Slechts een kritische massa, de massale inzet kmo-partnerschappen:

  • zal een ecosysteem creëren dat serendipiteit stimuleert, de onvoorziene vondst van nieuwe producten of economische sectoren, ongepland maar echt veelbelovend (penicilline, post-it, klittenband, röntgenstralen, Viagra, magnetron, Microsoft, ...);
  • zal worden gevolgd door een snelle invoering van D4D Digital 4 Development-technologie, niet andersom.

Drastische klimaatmaatregelen

Afrika is gezegend met 37 procent van de mondiale capaciteit voor de productie van groene waterstof. De Inga-watervallen in de DRC alleen al kunnen evenveel groene elektriciteit produceren als 46 nucleaire reactoren, zonder CO2-uitstoot, zonder enig nucleair afval. Door energieverslindende industrieën staal, cement, kunstmest, petrochemie, glas, aluminium, ceramiek en recyclage e-schroot gepland te verhuizen naar regio’s met een overvloed aan hernieuwbare energie kan mondiaal dertig procent van de stikstofuitstoot vermeden worden. De basisindustrialisatie van Afrika versnelt de algemene arbeidsintensieve maakindustrialisatie van gans Afrika en de groei van nieuwe metropolen langs de kusten van dit continent met een massale nood aan deze basismaterialen. Vooruitziende reders laten hun vloot al aandrijven door waterstof voor emissieloos verschepen van zowel deze basismaterialen als van groene moleculen.

Eigenbelang Europa

In plaats van grondstoffen, groene waterstof en mankracht uit Afrika in te voeren zal een geplande verhuis van Europa's zware energieslurpende industrieën naar Afrika, rijk aan hernieuwbare energiebronnen:

  • enkele duizenden banen in het vergrijzende Europa elimineren, maar miljoenen banen, koopkracht, vrede en geopolitieke alliantie in Afrika creëren;.
  • kan de eigen EU wind- en zonne-energie, aangevuld door aangevoerde Afrikaanse groene waterstof, volstaan voor normaal residentieel en licht-industrieel gebruik;
  • de veralgemeende maakindustrialisatie van Afrika schept er jaarlijks tien miljoen decente banen en een nieuwe groeimarkt, ook voor innoverende, recycleerbaardere Europese producten en diensten met hoge toegevoegde waarde;
  • en voorkomt in Afrika de verspreiding van extreme ideologieën, conflicten en gedwongen migratie.

Als daarentegen de asymmetrie in welvaart tussen Europa en haar buurcontinent Afrika met 25% van de wereldbevolking blijft duren komt het welzijn van onze Europese kleinkinderen in gevaar door conflicten in en massale migratie uit Afrika.

EU overheden hoeven enkel reclame te maken voor het "andere" Afrika, zowel aan alle burgers als aan alle ondernemers, meer niet.